Veel dranken die we nu kennen zijn ooit ontwikkeld om allerlei kwalen te genezen. De medicinale werking moge dan nooit aangetoond zijn, de dranken werden wel populair om heel andere redenen: suiker en alcohol. De gezondheidsrisico’s die daar dan weer aan kleven waren toen overduidelijk nog niet bekend. Deze keer: 7UP.
In 1929 werd deze citroen-limoen frisdrank gecreëerd door Charles Grigg. Het bevatte toen nog lithiumcarbonaat, een middel dat in de late 19e en begin 20ste eeuw werd voorgeschreven bij stemmingswisselingen en bipolaire stoornissen. De launch was perfect getimed, want 2 weken later zou de beurs crashen en was de Grote Depressie een feit. Een betere afzetmarkt kun je je niet wensen. De frisdrank heette toen nog “Bib-Label Lithiated Lemon-Lime Soda”, maar dat was niet zo’n handige naam in consumenten opzicht, en de afkorting 7UP deed al snel opgang. Waar de naam precies vandaan komt is niet helemaal duidelijk, Grigg heeft zelf wel eens gekscherend gezegd dat de frisdrank hét medicijn is voor de 7 soorten katers die mensen van alcohol kunnen krijgen. Maar waar het wel vandaan komt? Your guess is as good as mine.
Ouch out of grouch
Lithiumcarbonaat was en bleef het belangrijkste ingrediënt en werd ook zo onder de aandacht gebracht: “it takes the ‘ouch’ out of ‘grouch’”. En het werkte, want in 1936 had 7UP alle andere citrusachtige frisdranken ver achter zich gelaten. Pas in 1950, toen onderzoek uitwees dat lithiumcarbonaat toch echt hele nare en gevaarlijke bijwerkingen kon hebben, werd de formule aangepast.